Huwelijksmis

Memofiche : Huwelijk (gevolgd door heilige mis)

Priester (draagt koorkap en baret) en acolieten komen aan het altaar en maken een kniebuiging.

Acolieten gaan naar de credenstafel zoals gebruikelijk.

P , C en W (met wijwater) gaan naar achter in de kerk om het koppel af te halen.

Direct besprenkelt P het koppel zeggende :”Aspergat vos Deus,…”

Hierna gaan allen terug naar het altaar. Het koppel naar de voor hen voorzien plaatsen. (bruidegom zit aan rechterkant van zijn vrouw = epistelkant)

P geeft baret aan C. Allen maken een kniebuiging op teken van C. P gaat de trappen op, kust het altaar en bidt kort gebed.

Koppel zit geknield terwijl P dit kort gebed bidt. C staat op zijn gebruikelijke plaats aan de altaarvoet en geeft teken aan het koppel om recht te staan wanneer P zich naar het koppel omdraait voor de ondervraging over de vrije wil.

Daarna direct preek. Koppel kan gaan zitten. C geeft baret aan P.

Na de preek (P geeft baret aan C) komen de getuigen en gewoonlijk een kindje met de ringen naast het koppel staan.

P, C en W met wijwater maken een kniebuiging en gaan naar het koppel.

Het koppel zit geknield, geven elkaar de rechterhand en P legt zijn stool over hun handen.

Na de zegen neemt P de stool weg van de handen. Na een gebed worden de ringen besprenkelt met wijwater. C neemt de ring van de bruid (gewoonlijk de kleinste) en geeft dit aan P, die deze ring geeft aan de bruidegom. Nadat de bruidegom de ring over de vinger van zijn bruid geschoven heeft, geeft C aan P de ring van de bruidegom. P geeft deze aan de bruid.

Hierna nodigt P de mensen uit om gezamenlijk te bidden en gaat knielen aan de altaarvoet.

Na deze gebeden wisselt P de koorkap voor de kazuifel. De H. Mis vangt aan met de gebeden aan de altaarvoet.

De H. Mis verloopt zoals gebruikelijk. Direct na het Pater noster komen bruid en bruidegom knielen op de eerste trede aan de altaarvoet (achter P). De wierookdrager kan het koppel hiervoor gaan halen tijdens het Pater noster. P draait zich om naar het koppel gericht, C neemt het missaal van de altaarstaander zodat P uit het missaal kan bidden.

Na enkele gebeden gaat de H. mis gewoon verder met het ‘Libera nos, quaesumus,…’ en brengt W het koppel terug naar hun plaats om daar terug geknield te zitten.

Na Ite missa est blijft het missaal open voor een gebed. C neemt het missaal. P bidt dit gebed in het midden aan het altaar naar het koppel gekeerd. Nadien sluit C het missaal , legt dit terug op de staander en gaat met P en W naar het koppel voor een besprenkeling met wijwater.

Nadien gewoon zegen en laatste evangelie. Tijdens het laatste evangelie kan C of een acoliet het missaal wegzetten en de registers ter ondertekening klaar leggen op het altaar aan de epistelzijde. Dit kan echter ook bv. gebeuren in de zijkapel.

Na het laatste evangelie blijven de acolieten en W nog op hun plaatsen aan de credenstafel. P daalt de trappen af, C geeft hem de baret, tenzij men nu de registers op het altaar gaat tekenen. Men kan ook het trouwregister tekenen na de toewijding aan Maria.

P,C en het koppel gaan naar het Mariabeeld/zijkapel. Het koppel doet een toewijding voor het Mariabeeld. Hierna komen allen naar het midden (koppel naar hun plaats), maakt iedereen op teken van C een kniebuiging (eventueel blijft men eerst nog staan voor een eindlied) en gaan P en de misdienaars via de kleine weg naar de sacristie. Het koppel gaat via de grote weg naar buiten. 

Ps : een 2de ceremoniaris of de wierrookdrager kan steeds het koppel en getuigen gaan halen / wegbrengen.