H. MIS MET NADIEN DE ZEGENINGEN VAN WIEROOK, KRIJT EN HET HUIS

Voor aanvang van de liturgische dienst, staat het te zegenen krijt en wierook klaar op een tafeltje aan de communiebank, alsook het wijwater met kwispel.

(Eventueel kan dit ook op de credenstafel klaar staan)

Alle kaarsen op en naast het altaar worden aangestoken.

De H. Mis van Epifanie heeft een eigen Prefatie en Communicantes.

De priester , ceremoniaris en wierookdrager maken tijdens het evangelie een kniebuiging.

Na de H. Communie haalt de wierookdrager het wierookvat (en scheepje) en gaat op zijn plaats staan.

Tijdens het laatste evangelie blijven de acolieten gewoon aan de credenstafel staan.

De relikwieën moeten niet afgedekt worden na de H. Mis voor de zegeningen.

P en C gaan naar de priesterstoel om manipel en kazuifel uit te doen. C reikt P de koorkap aan.

P en C komen naar de altaarvoet, alsook de acolieten. Ze maken een kniebuiging en gaan naar het tafeltje waarop wierook en krijt liggen.

De acolieten staan links naast het tafeltje. A1 neemt het wijwatervat. (Hij zal wijwater aan de priester aanreiken na de zegening van het wierrook en na de zegening van het krijt.)

C houdt de koorkap vast terwijl P de zegeningsgebeden uitspreekt. Na de zegening van het wierook besprenkelt P het wierook met wijwater.

Nadien doet hij hetzelfde na de zegening van het krijt.

 De priester, ceremoniaris en de acolieten keren naar de altaarvoet terug en maken een kniebuiging. A1 nam het wijwatervat mee, A2 het schaaltje met krijt.

Ze blijven aan de altaar voet staan.

Men bidt het 'Ab Oriénte' en zingt het 'Magnificat'.

Tijdens het 'Magnificat' geeft de ceremoniaris teken aan de wierookdrager om naar de altaarvoet te komen voor de wierookoplegging.

P legt wierook op. W gaat achter de acolieten staan en draagt het wierookvat in de rechterhand.

Allen maken (na het 'Magnificat') een kniebuiging, C geeft de baret aan P en de processie door kerk en huis start.

A1 reikt de wijwaterkwispel aan aan de priester in de gang (zodra de kerk verlaten werd) en gaat tijdens de processie regelmatig naar de priester zodat die wijwater bij kan nemen. 

I.p.v. het Magnificat kan ook een ander (Maria)lied gezongen worden.

Men kan bv  'Adeste Fideles' nemen ( en eventueel dan het Magnificat dialogeren net voor het Ab Oriénte) 

W slingert heel de processie met het wierookvat, als bewieroking van de kerk en het huis. De priester besprenkelt met wijwater heel de processie lang op de grond, in het huis, niet in de kerk.

Boven de deuren, die we tijdens de processie tegenkomen, zal P met krijt schrijven en zijn weg vervolgen. A2 reikt het krijt aan aan de priester.

Terug aan het altaar gekomen, gaan W en A's naar de credenstafel. Ze staan recht. P herneemt de antifoon ' Ab Oriénte' en bidt daarna het Pater noster en de gebeden hieronder. De acolieten knielen op teken van de ceremoniaris vanaf het gebed 'Deus, qui hodiérna...'