Zegening van de gehuwden bij zilveren of gouden bruiloft

 

VOOR DE H. MIS WORDT HET WIJWATER KLAARGEZET OP DE CREDENSTAFEL

 

De H. Mis verloopt zoals een andere gezongen H. Mis.

Na de misdienaars gaat eerst het koppel ter communie.

Gewoonlijk zit het koppel vooraan in de kerk op de rode loper. Om een vlotte doorgang bij de communiegang te garanderen worden er enkele stoelen weggenomen vooraan in de kerk. (Zoals bij een begrafenis) Evenwel kan het zijn dat ze liever op hun gewone plaats in de kerk zitten. (zie verder)

P gaat na het laatste evangelie zijn manipel en kazuifel uitdoen aan de priesterstoel. C hangt die weg.

Wanneer het koppel vooraan in de kerk zit op de rode loper, kan C de koorkap aanreiken aan P. Indien het koppel tijdens de H. Mis elders in de kerk zat, gaat C - alvorens de koorkap aan te reiken- eerst de stoelen voor het koppel plaatsen en het koppel teken geven om vooraan te komen zitten. (Dit kan ook door de wierookdrager of een extra misdienaar gebeuren)

C reikt de koorkap aan. P en C gaan naar de altaarvoet. De acolieten blijven aan de credenstafel staan.

P draait zich om aan de altaarvoet naar het koppel gericht en bidt (van aan de altaarvoet) psalm 127. Dit kan in het Nederlands en het volk bidt de vetgedrukte zinnen mee (zie hieronder).

Hij keert zich terug om naar het altaar gericht voor het 'Te Deum'. (Eventueel al vroeger net voor het 'Oremus, Praeténde,...')

Tijdens het 'Te Deum' geeft C teken om te knielen tijdens de zin :'Te ergo quaesumus, tuis famulis subveni, quos pretioso sanguine redemisti '. Nadien geeft C teken om weer recht te staan.

'Deus, qui corda fidelium' : C geeft teken aan W om met het wijwatervat aan de linkerkant van P te komen staan.

Na het gebed ' Deus, qui neminem ' geeft C teken om een kniebuiging te maken. P, W en C gaan naar het koppel. W gaat voorop C houdt de koorkap vast. (ze draaiden zich om zoals bij het 'Asperges me')

P besprenkelt het koppel terwijl hij bidt : ' Benedictio Dei Omnipotentis,...'

Tot slot zegt P : Ite in pace, et Dominus sit semper vobiscum. Men antwoordt 'Amen'.

* Hier stopt de beschreven liturgie. P, C en W gaan terug naar de altaarvoet. De acolieten nemen hun kaarsen op de credenstafel en men zet zich reeds klaar om naar de sacristie te gaan -via de korte weg- tijdens het slotlied.

Wanneer het koppel na het slotlied rechtstaat om door de kerk naar buiten gaat, start de organist tot slot een orgelstuk.

* Het is mogelijk dat men na de beschreven liturgie, alvorens naar buiten te gaan, nog iets voor het koppel wil doen.

C gaat dan aan zijn priesterstoel staan.

Bijvoorbeeld :

Alle kleinkinderen brengen een bloem naar het opgestelde Mariabeeld. (Eventueel wordt daarna nog aan het Mariabeeld een foto genomen met alle kleinkinderen)

Nadien, wanneer de kleinkinderen terug naar hun plaats gingen, plaatst C twee bidstoelen voor het koppel voor het Mariabeeld. Een kind geeft een bloemstuk aan het koppel en het koppel brengt dit bloemstuk ook naar het Mariabeeld. ( C kan eventueel hierbij helpen.) Ze knielen aan het Mariabeeld tijdens het slotlied. C kan eventueel hierbij helpen. De stoelen van het koppel die op de rode loper staan, worden weggenomen zodat het koppel straks over de loper naar buiten kan gaan.

Wanneer het koppel na het slotlied rechtstaat om door de kerk naar buiten gaat, start de organist tot slot een orgelstuk.